Jaap van der Dussen

Jaap van der Dussen, geboren in 1948 in Den Haag, woont in Heiloo. Hij schildert sinds 1980, aanvankelijk figuratief met een voorliefde voor mensen. Zijn werk is geleidelijk abstracter, expressiever en groter geworden.

Momenteel schildert hij alleen nog met acryl, omdat dit materiaal zich bij uitstek leent voor zijn impulsieve, uitbundige manier van werken. De kwast- of messtreek is geleidelijk aan breder en directer geworden. De kleuren zijn eveneens direct, helder en sprekend. Van der Dussen werkt tegenwoordig alleen nog in zijn atelier zonder duidelijk omlijnd plan, waarbij de impuls van het moment de aanzet vormt van een onvoorspelbare uitkomst. Vaak is er nog wel iets herkenbaars aanwezig, soms is het werk geheel abstract. Het is het onvoorspelbare dat telkens weer verrast en waardoor zijn schilderijen ook zo verschillend zijn. Eerdere exposities op vele plaatsen in binnen- en buitenland, o.a. op de "Biënnale" in Florence in 2005. Veel van zijn werk is inmiddels in particulier bezit.

Het werk van J.J. vd Dussen

door Alessio Bondioli, Bologna, 2007

J.J.vd D., geb 1948, is een schilder die weinig of niet bekend is in Italie maar in zijn eigen land wel. Hij heeft verschillende tentoonstellingen gehad die óf onmiddellijk óf na verloop van tijd succes gehad hebben.

Zijn vaderland, Holland, is het land van de "Vlaamse school", van de krachtige parallellen tussen stijl, symbolen en themata van de noordelijke schilderkunst en de italiaanse schilderkunst; boeiende parallellen ook omdat er niet altijd sprake is van echte relaties ten gevolge van bezoeken en reizen over en weer tussen de kunstenaars van de beide landen.( Kijk bijvoorbeeld w naar de analogie?n tussen Rembrandt en Caravaggio, die elkaar zelfs nooit gekend hebben)

Holland heeft het culturele erfgoed, de ervaring van goede smaak die zich bijna druppelsgewijs verspreid heeft onder het publiek van kunstliefhebbers van nu, van de 21e eeuw, ook omdat het een pioniersland is door de particuliere in plaats van religieuze betrokkenheid bij schilders.

Het is een land waarin de schilderkunst de rol van protagonist heeft gespeeld in de overgang van figuratief naar abstract, zoals onder andere goed gedocumenteerd in een tentoonstelling in het Palazzo Grassi in Venetie in de negentiger jaren over de evolutie van de Hollandse schilderkunst.

De kunst van J.J. vd D., die ook huisarts is, bindt rust en creatief lijden samen; in zijn werk vinden we de evocatieve kracht van de pure kleur, het vermogen om pure kleur om te vormen tot schakeringen, door de manier waarop het acryl met het paletmes gevormd wordt tot harmonieuze streepjes waarin de verschillende zuivere componenten, van dichtbij gezien, zich niet samenvoegen maar gemengd worden en tot een "harmonie in contrast" worden( Kijk bijvoorbeeld in Uitdagend naar de dialoog tussen de streeppatronen van het blauw en het oranje). Het is deze ogenschijnlijke tegenstelling tussen harmonie en contrast van de kleuren, tussen harmonie en contrast van de vormen,die ook teruggevonden wordt in wat bij J.J.vd D. figuratief is en wat abstract.

Hij woont in een dorp dichtbij de Noordzee maar ook op steenworpafstand van de hoofdstad Amsterdam. Voor J.J.vd D. is de overgang van het creatieve werk in abstracte doeken naar het creatieve werk in figuratieve doeken en vice versa altijd een levendige, natuurlijke overgang.

In zijn opvatting van het bestaan vinden de zoektocht naar het geluk, de weerspiegeling van hoe de mens het geluk aanraakt zonder het vast te kunnen houden, er misschien een glimp van opvangt of intiem beleeft, maar altijd in het bewustzijn dat het geluk nooit volledig en voor altijd vast te houden is. Om dit toe te lichten, kijk naar de vage lichaamsomtrekken van liefdesparen, zacht maar gepassioneerd, omtrekken die weergegeven zijn met subtiele lijnen, zwevend maar onontkoombaar, in kleur of in zwart wit, lijnen die soms met opzet buiten de posities van de lichamen geplaatst zijn, posities die weergegeven worden met een veelheid aan kleur. Deze afstand tussen de vormen en de lijnen kan op verschillende manier uitgelegd worden: ??n uitleg is die van het benadrukken van de vluchtigheid, waarbij deze verdubbeling de weergave van de emotie versterkt.

Een andere uitleg, in combinatie met de vorige, is het veroorzaken van plastische dynamiek, om de factor tijd in het schilderij te brengen, en ook-waarom niet?-een tol, een eerbetoon aan de klassieke traditie van de tekening

De gepolariseerde versmelting, van dag en nacht, van vrouwelijke en van mannelijke energie in het schilderij "In de Wolken" wordt weergegeven door roze tinten die versmelten met blauwen, met donkere kleuren en zwart -grijzen die ??n worden met de kleuren van de lucht of het zand, om te herinneren aan het duidelijke verlangen naar de Hollandse of Deense kusten, zonnig en vol licht om daadwerkelijk "Scandinavisch" noordelijk te zijn.

In de weergave van de natuur vinden we abstractie en symbolisme, het detail abstract maar de basis figuratief, dat is ook te zien in de confrontatie tussen "Eb" en "Diep blauw", hetzelfde landschap respectievelijk bij dag en bij nacht. In andere schilderijen is het abstracte veel ongeremder: in "Uit de hemel", "Na de vloed" en andere schilderijen staan bijvoorbeeld de kleurvlekken voor bronnen van psychische energie, die bezinken, vervolgens in een panische loutering komen maar tegelijkertijd hoogtepunten bereiken, binnendringen, zonder dat er ooit geweld te zien is n?ch iets wat daar op lijkt. En ook dit vormt een van de lessen die deze kunstenaar ons geeft. Deze onderstroom in het werk van J.J.vdD. is een verrijking van het terugkerende thema uit "Oersoep", met de luidruchtige po?tische mix van massa`s wolken van melkwegstelsels in formatie, die ook gelezen kunnen worden vanuit de optiek van een intieme liefdesdialoog, zoals in "Hemel en aarde", "Losgeslagen", "Tussen beiden", "Aardkorst", "Uit de schaduw" etc.

J.J.vd D. maakt zich een aantal stimuli, motieven en culturele gelaagdheden van andere schilders uit de 20e eeuw(maar niet alleen uit de 20e eeuw) eigen en bewerkt ze zó dat zijn eigen creatieve oorspronkelijkheid er rijker van wordt . Het materiele conservatisme van een Bengt Lindstrom, de Zweedse schilder uit de Cobra groep is misschien niet terug te vinden in het werk van J.JvdD? Toch wel, het materiële extremisme van J.J.vdD wordt gesublimeerd in een tweedimensionale transformatie, waarin ook bepaalde surrealistische effekten uit het spectrum van Lindstrom hier aanwezig zijn zonder de fysieke driedimensionaliteit in "bas-reliëf", kenmerkend voor de overvloed van het materieel conservatisme van Lindstrom. Let bovendien op het gebruik van het wit dat bij J.J.vd D. net als bij Lindstrom een echt therapeutisch vermogen heeft om een hypothetische psychische depressie te verzachten bij de koper van het schilderij op het moment dat hij het werk diep in zijn afgelegen villa in een Noors fjord een plek geeft, als in de sfeer van de tragikomedies van Ibsen, zoals ik me dat voorstel.

Maar de kleur bij J.J.vd D. speelt ook een rol omdat die zodanig onsterfelijk gemaakt is dat hij ons dwingt na te denken over zijn vermogen om te komen tot introspectie. Deze gedachte over kleur is een voortzetting op de gedachte over zuivere kleur zoals die in gang gezet is en uitgewerkt door Kandinsky en in de eeuw erop door Albers die het nog verder uitwerkt met zijn idee?n over perceptie van kleur door de artiest of door de kijker.

De claire-obscuren, de differentielen van de chromatische energie geven ook het gevoel van warmte, gestruktureerd in velden, isothermische golven, alsof de psychoanalytische zoektocht van J.J. vd D. naar zijn onderwerpen de analytische kracht krijgt van een CT scan, waarin de verschillende kleuren de verschillende wegen aangeven,zoals in de geneeskunst de CT scan dit doet in de hersenen, of satellietfoto`s van de aarde de vervuiling kunnen bestuderen, of zoals de landbouwcultuur erop gericht is om de contrasten te benadrukken.

Om het overzicht en de interpretatiesleutels van de hedendaagse kunst te gebruiken zoals die voorgesteld worden door Renato Barilli, is hier duidelijk sprake van meccanomorfisme, zoniet het elektromorfisme, hetgeen natuurlijk niets afdoet van de moderniteit en vruchtbaarheid van de taal van J.J.vd D.

De abstracte dimensie in de kunst van J.J.vd D. is óf de taal, óf het middel van datgene wat hij wil cre?ren en ons wil geven. Bij hem is de abstracte kunst niet gespeend van schoonheid, hetgeen wel het geval was bij een van de meest krachtige artistieke omwentelingen van de 20e eeuw(arte povera, conceptuele kunst, minimalisme etc). Zijn abstractie keert terug naar de schoonheid maar zonder dat het enige decoratieve waarde krijgt zoals het had bij Kandinsky, Calder en zoveel anderen. De dimensie van de schoonheid in de abstractie van het werk van J.J.vdD. komt er bijna als een "bijeffect" uit zijn creatieve wervelwind

In feite maakt hij een synthese van de poëtiek van de handeling(kan ook zijn actualiteit? TE) van een Pollock of een Tancredi met de po?tiek van de materie van een Burri.

Het drietal "vierkantigen" in Uitzicht laat de toeschouwer genieten; niet toevallig betekent de titel "uit het zicht, buiten het blikveld": hier lijken de drie elementen, dicht bij elkaar alsof ze elkaar gezelschap willen houden terwijl elk vlak zijn onafhankelijkheid behoudt, ons fragmenten van doorkijkjes naar de andere kant van het doek te geven. Ze doen denken aan de houten panelen, die tegelijkertijd elegant zijn maar authentiek in de stijl van een landgenoot van onze J.J.vdD., van 3-4 eeuwen eerder: Van Ostade met zijn muzikanten die zich vrij laten zien met randen die altijd en onbekommerd ongebruikelijk zijn.

De drie openingen van "Uitzicht", waarvan de grootste niet per toeval blauw is, om de hemel te suggereren zoals bijna door een kind gezien, dat wil zeggen gezien door iemand vanuit een té laag punt om de natuur buiten het raam te zien, waarin de hemel de zinspeling wordt voor het onderliggende dat onzichtbaar is voor het kind maar niet voor de volwassenen.

Doorgangen dus, zwevende vensters van een vage magrittiaanse aantrekkingskracht, waar de sleutels van de figuurlijke lezing niet het vermogen van een semantische vernieuwing aantasten en het zoeken naar taal om het gesprek voort te zetten tussen de fragmenten op maat en de gaten van Fontana.

Geheel anders is de triade van massa`s in blokken die we zien bij "In Between" , die de kwelling hebben van drie energiestromen, drie monades. Het grijs links, het blauw in het midden en het wit rechts, waarbij elke massa als het ware "de ellebogen gebruikt" om het oppervlak te bereiken. Bijna zoals het botanisch metabolisme van de equatoriale jungle, waar in een vicieuze cirkel ( maar één die de strijd op overleven incorporeert) de planten wedijveren om te groeien en het licht te bereiken om daardoor nog meer te kunnen groeien. En in "In Between" is de hemel die de drie massa's proberen te bereiken het heldere intense blauw bovenin, van een ondefineerbare, ongelooflijke tonaliteit, die superieur is aan de onderste helft van het schilderij zoals de hoog opgeheven valk van Eugenio Montale superieur is aan de eeuwige triestheid van de onderliggende natuur.

De drie massa`s hebben de menselijke eigenschap om opnieuw te voelen, terwijl zij zich onderling een beetje vermengen op grensgebieden en gebieden van wrijving. Alsof "In Between", aanzienlijk meer dan andere schilderijen van J.J.vd D., een ware microkosmos is, waar sommige gebieden meer geleden hebben, bijna een verbranding representeren, een gemis, een reorganisatie van materie die zich eerst plotseling onttrokken had(?)

Dezelfde derde massa, de witte, rechts, heeft de spanningen van de cellofanen van Burri. Hetgeen ons verleidt om het, door de strakke aaneenschakeling van verwijzingingen en inspiraties ook in verband te brengen met de traditie van de monochromen die geen monochromen zijn in de Conceptuele Kunst en de Arte Povera, zoals bij Manzoni.

De witte "snor" bovenin de centrale blauwe massa heeft het vermogen om die sensatie van het sereen eruit springen tot uiting te brengen die we kunnen ervaren bij een zeegezicht van een impressionistische schilder, of het eruit springen van een rood puntje op een bootje of een hoedje aan de horizon bij Sisley.

De drie blokken van "In Between",die in wrijving bij elkaar liggen representeren abstracte waarden en concrete spanningen, terwijl de blokken van Mark Rothko, drie aan drie opgestapeld, vice versa concrete waarden en abstracte spanningen representeren. Die laatste zijn bij Rothko het verslag van ervaren leed, een woud van schreeuwen en van wanhoop. Ze vormen de interne lijnen van onopgeloste spanning, als lijnen in een wirwar, terwijl bij J.J.vd D. de blokken staan voor passie, vrijwillige krachtsinspanningen die ter plekke beleefd worden, op het doek en niet elders, zonder toespelingen. De kokend hete, of duistere energieën van de chromatische triaden van Rothko worden door de toeschouwer waargenomen als het topje van een ijsberg met een chaotisch lijdende binnenkant, glanzend ?n bijna wanhopig. Zijn triaden blijven schitterend tweedimensionaal ook in hun dynamiek. De triaden van J.J.vd D. zoals in "In Between" zijn meer dan driemensionaal en daardoor van een bijna landschappelijke abstracte kunst. Ze zijn in tegenstelling tot het eerder genoemde "topje van de ijsberg" effect cathartisch en analytisch vanuit het intense maar uitgebalanceerde pathos van de kunstenaar.

Maar bovenal is er bij J.J.vd D. geen negatieve energie, geen ziekte, maar juist het tegenovergestelde van wat ziekte is. Rothko stierf t.g.v. suicide op 67 jarige leeftijd in 1970. J.J.vd D. was, is en zal vitaal zijn, bijna schuw, bescheiden om zich op de voorgrond te stellen, discreet, respectvol en tolerant ten opzichte van anderen, bijna fluisterend in de manier waarin hij ons de representatie van het onontkoombare aanbiedt.

Ook zijn leven weerspiegelt de keuze van zijn onderwerpen: Hij leeft deels in Holland, deels in de Provence, deels bij de Noordzee , deels bij de Mediterrane?.

En zie daar de meer mediterrane J.J.vdD.:"Umbrie", met zijn kleigronden, die de cultuur van duizenden jaren durende fabricage van amforen en vazen ademen en duizenden jaren het terrein vormde van de economische en culturele uitwisseling , zelfs in de pr?romaanse tijd. Zo ook : "Zomer 97" met zijn expressieve kleurgebruik, met de zee op de plaats van het wegdek van de beboste laan, het naar rood hellen van de daken in plaats van de muren van een huis, de donkere pijnboom, links, dicht bij de stralende pijnboom rechts, alles met die noordelijke kromming van de vormen die lijkt te appelleren aan het elimineren van de hoeken om het duister van zekere driften en existenti?le opvattingen van deze gronden te verzachten, het afronden van de vormen wat we ook bij Munch terugvinden: bij de bomen in het bos dat verdoofd is door stilte en eenzaamheid, bij de keien in hun zomerbedding, bij de luchtlagen rond de zonsondergang in "De Schreeuw".

De dialoog tussen vorm en vormeloosheid is bij J.J.vd D. ?f de ondergrond van zijn po?tiek, ?f echt in concrete zin en krijgt daar een dimensie van ludiek diepgang. Bij voorbeeld is het landschap in "Ver Weg" ten opzichte van "Zomer 97" veel meer doorgeschoten in vormeloosheid, maar hier zit de magie in de interpretatie van het perspectief, die afbeelding ons biedt, aangenaam verrassend omdat die zo paradoxaal is. Het vruchtgebruik van de natuur, van haar schoonheid, als mogelijkheid voor een ieder van ons om te reflecteren en ons in te verdiepen, terwijl we tegelijkertijd intens genieten van de stille en zuivere kracht die de natuur schenkt aan ieder die het kan zien.

Dat is bij J.J.vd D. de noordelijke natuur, bijvoorbeeld in"Winter","Eb", "Diep Blauw". "Inverno" heeft de kleuren die symbool staan voor een langdurige zonsondergang in de sneeuw. "Diepblauw" laat hetzelfde landschap zien , maar dan bij nacht, wat we in het volle zomerse daglicht zien bij "Eb". In het nederlands wordt "Bassa Marea"een woord met slechts twee letters, Eb, wat in de synthese van de tweeklank, dat de lange traditie

van verwevenheid met de zee in een land als Holland weergeeft. Het zijn de geliefde en bekende plekken van de schilder, op een paar kilometer afstand van zijn huis. In "Eb" weet J.J.vd D. met een paar vegen de sfeer te scheppen van een rotsachtige bergspits achterin de baai en ook van het strand op de voorgrond dat net bevrijd is van het terugtrekkende water.

In "Tulp" vinden we dezelfde onmiddellijkheid van synthesen zoals we die ook zien in de architectuur, waar de snelheid van het gebaar om het materiaal op het doek te zetten iets heeft van een futuristische improvisatie, waar de geprezen snelheid niet in het weergegeven onderwerp zit maar w?l in de beweging zelf van het weergeven; in een barokke verwijzing naar de werkelijkheid, monumentaal weergegeven in de dimensies van het doek: 1.2 meter bij 1 meter voor ??n tulp, wiens kracht men ook ziet in de blonde bloembladen die omhoog rijzen en zich met kracht losmaken uit de uitlopers, een kracht die doet denken aan een IJslandse geiser, meer dan de roetachtige kelk.

De minder abstracte werken van J.J.vd D. hebben een uniek expressionisme, een onwerkelijk gebruik van kleuren, waarbij het geheel uitmondt als sleutel van de natuur, dik onderstreept vanuit zijn positiviteit of vrolijkheid en gezuiverd van symbolen, op een manier die de lichtheid heeft van de franjes van Mir? maar toegepast op de noordelijke manier van Lindstrom en anderen. Zie: "Brindisi","Op de vlucht"en "Tensione verso il bianco".

J.J.vd D. heeft bijna geen naakten geschilderd maar in "Ruggelings" zien we een knappe enscenering, virtuoos weergegeven vanuit de beperking van het gezichtsveld, dat beperkt wordt door de gulle vleestinten en de lijst. Van deze vrouw, gezien vanaf de schouders zijn n?ch de ledematen , n?ch het gezicht te zien. Toch is zij buitengewoon aanwezig, modern, en zij geeft ons de sensatie van fluweel en brokaat zoals de vrouwen van Boldini. Het vervagen van de kleuren van de flanken geeft ons een concreet gevoel van sensualiteit en tegelijkertijd ruimte aan de fantasie, gevoed door de nieuwsgierigheid om het onmogelijke te ontdekken, namelijk de blik van de vrouw. Een nieuwsgierigheid die beetje bij beetje toeneemt en de blik langzaam omhoog doet gaan om niet te snel te zijn, liefdevol en ruisend; en zich tevreden moet stellen met het vluchtig zien van de navel, wat een zeer sensueel lichaamsdeel van vrouwen is, zoals de traditionele japanse cultuur ons leert.